Resultaat met woordenlijst ( 4 )


regressieanalyse
Bij een regressieanalyse gebruikt men het verband dat er tussen twee variabelen bestaat om de waarde van één van de variabelen te voorspellen uit de andere variabele. Bijvoorbeeld, men doet in een kraamkliniek een onderzoek naar factoren die van invloed zijn op het geboortegewicht van het kind. Men constateert dat het geboortegewicht gerelateerd is aan de lengte van de moeder. Door middel van regressieanalyse kan men het verband tussen de lengte van de moeder en het geboortegewicht van het kind beschrijven in de vergelijking y = a + bx (waarbij y het geboortegewicht is en x de lengte van de moeder). Lineaire regressie beschrijft de relatie tussen deze twee continue variabelen als een rechte lijn. Bijvoorbeeld, men meet ook andere variabelen zoals leeftijd van de moeder, pariteit, gezinsinkomen, en stelt vast dat er een relatie bestaat tussen leeftijd van de moeder en gezinsinkomen. Om nu de relatie tussen deze twee continue variabelen en het geboortegewicht te bepalen moet men de interactie tussen de twee in rekening nemen. Dit doet men aan de hand van multipele regressieanalyse. Multipele regressie kan men toepassen met een (theoretisch) onbeperkt aantal continue variabelen. Echter, hoe groter het aantal variabelen dat interactie vertoont, des te groter wordt de kans dat de onafhankelijke variabelen samenhangen (‘multicolineariteit’). Hierdoor kunnen de resultaten van de analyse onbetrouwbaar worden. Logistische regressieanalyse wordt toegepast wanneer men de invloed van verschillende variabelen (factoren) op een dichotome uitkomst zoals bijvoorbeeld ‘dood’ of ‘niet-dood’ wil analyseren.
lineaire regressieanalyse, multipele regressieanalyse
logistische regressieanalyse
Aantal resultaten : 4 artikel(s) - 1 bondige bespreking(en)


Deze correct uitgevoerde cohortstudie met meer dan 16 000 deelnemers toont aan dat er geen verband bestaat tussen gewichtstoename door te stoppen met roken en het risico van cardiovasculaire aandoeningen, type 2-diabetes mellitus, kanker en COPD. Het voordeel van rookstop op vlak van mortaliteit hangt bovendien niet af van een mogelijke gewichtstoename na rookstop. Rapporteringsbias is in deze studie echter niet uitgesloten en mogelijk belangrijke confounders zijn niet in rekening gebracht.

Is gekleurd sputum een reden om antibiotica voor te schrijven?

Poelman T.

Minerva 2011 Vol 10 nummer 10 pagina 121 - 122


Deze observationele studie toont aan dat het voorschrijven van antibiotica bij volwassen patiënten met acute hoest of vermoeden van lage luchtweginfectie en met gekleurd sputum en algemeen ziektegevoel, niet geassocieerd is met een snellere genezing.

Wat is het langetermijneffect van een behandeling van ADHD?

Declercq T. , Poelman T.

Minerva 2008 Vol 7 nummer 8 pagina 122 - 123


Uit de literatuur blijkt dat geneesmiddelen een belangrijke hoeksteen vormen in de behandeling van kinderen met vooral ernstigere vormen van ADHD. Deze studie besluit dat de winst van een intensieve medicamenteuze aanpak ten opzichte van andere behandelingsstrategieën, bekomen na 14 maanden, verdwijnt na 36 maanden opvolging. Door het ontbreken van een placebogroep en omwille van andere methodologische tekortkomingen kunnen we echter geen definitieve besluiten trekken over het langetermijneffect van een medicamenteuze behandeling. Het voordeel van een intensieve medicamenteuze behandeling is bewezen op korte termijn. De winst en de veiligheid van een dergelijke therapie op middellange en lange termijn moeten nog worden aangetoond.

Zilverkaars tegen menopauzale klachten?

Laekeman G.

Minerva 2006 Vol 5 nummer 6 pagina 99 - 101


Deze studie toont aan dat met extract van zilverkaars (2,5 mg isopropa-nolextract van Actaea racemosa of Cimicifuga racemosa) vergeleken met placebo menopauzale klachten afnemen. Dit effect is echter maar over een periode van drie maanden geëvalueerd. Meer onderzoek is nodig om de optimale dosis en samenstelling van zilverkaarsextract vast te leggen, om de plaats ten opzichte van hormonale therapie te bepalen en om de therapeutische doeltreffendheid en veiligheid op langere termijn te onderzoeken.

Ijzersuppletie zinvol bij onverklaarde moeheid?

Poelman T.

Minerva 2004 Vol 3 nummer 6 pagina 94 - 95


Bij vrouwen tussen 25 en 45 jaar oud met onverklaarde moeheid en een laag ferritinegehalte (<50 µg/l) kan ijzersuppletie worden overwogen.Toch is het nog te vroeg om bepaling van ijzerstatus en eventuele behandeling met ijzersuppletie systematisch aan te bevelen. Grootschaliger en langduriger placebogecontroleerd onderzoek met algemene gezondheidsschalen is nodig om te bepalen welke vrouwen het meeste baat zullen hebben bij ijzersuppletie.