Resultaat met woordenlijst ( 4 )


regressiecoëfficiënt
De regressiecoëfficiënt geeft aan hoe de ene variabele verandert per eenheid verandering van de andere variabele (‘b’ in de vergelijking van een regressielijn y = a + bx). Met andere woorden, de regressiecoëfficiënt (b) is de helling van de regressielijn. Dit in tegenstelling tot de correlatiecoëfficïent (r) die aangeeft hoe sterk dit verband is.
Correlatie
Aantal resultaten : 4 artikel(s) - 0 bondige bespreking(en)

Verband tussen de consumptie van ultrabewerkte voeding en cognitieve achteruitgang?

Van Den Broecke N.

Minerva 2023 Vol 22 nummer 8 pagina 180 - 183


Deze grootschalige multicenter prospectieve cohortstudie, uitgevoerd bij Braziliaanse ambtenaren, suggereert dat de consumptie van ultrabewerkte voeding in beperkte mate samenhangt met een snellere cognitieve achteruitgang, na correctie voor belangrijke sociodemografische, klinische en aan leefstijl gerelateerde confounders. In afwachting van methodologisch correct opgezette studies in een Europese context is het raadzaam om een hoge consumptie van ultrabewerkte voeding te ontmoedigen.

Het verschil tussen regressie en correlatie

Poelman T.

Minerva 2016 Vol 15 nummer 2 pagina 51 - 53

Het belang van verbale en non-verbale communicatieve aspecten tijdens de consultatie

Van Nuland M.

Minerva 2016 Vol 15 nummer 2 pagina 35 - 38


Deze observationele studie met risico op selectiebias van zowel artsen als patiënten suggereert dat zowel verbale als non-verbale gedragingen geassocieerd zijn met de tevredenheid van patiënten over de consultatie. Welke non-verbale of verbale aspecten van de arts-patiëntcommunicatie deze tevredenheid het meest beïnvloeden, blijft onduidelijk.

Antidepressiva en het risico van QT-verlenging

Foulon V. , Laekeman G. , Vandael E.

Minerva 2013 Vol 12 nummer 10 pagina 127 - 128


Deze observationele studie toont een significante dosisgebonden verlenging aan van het QTc-interval met citalopram, escitalopram, amitriptyline en methadon. Voor andere antidepressiva kon er geen significante correlatie worden aangetoond. De klinische relevantie van deze QT-verlenging is echter nog onduidelijk. Gemiddeld genomen overschreed geen enkele dosis de als abnormaal beschouwde grens van 450 ms in lengte van het QTc-interval.